Mijn pad gekend


Op het aangestampte pad
tussen de randen vergeetmeniet
stond hij met zijn wandelstok
op wanstaltige benen
de buikige pad

Hij keek me gewichtig aan
schudde me plechtig de hand
en pieste me recht in ‘t gezicht
het spog zei hij dat je baard doorweekt
heb je zelf als kind gekweekt